In 70 jaar van ‘zandbaantje’ naar professioneel crosscircuit
In september 2022 viert motorvereniging HAMAC haar 70-jarig jubileum. De vereniging telt ruim 600 leden uit de hele regio, zo ook uit Laren. Jan Nikkels, lid vanaf het allereerste uur, en oud-voorzitter Ap Enderink, blikken terug op de beginjaren van de club en de ontwikkeling tot anno nu.
‘Hier maakten we in 1958 het eerste baantje. Het was in die eerste jaren eigenlijk niet meer dan een aantal smalle zandweggetjes tussen de bomen. En er werd wel eens een boompje gevat.’ Op een zonnige namiddag wijst Jan Nikkels (87), staand voor de kantine van HAMAC aan de Deventerdijk, naar de ronde open plek in het bos. Oud-bestuurslid Jan was 70 jaar geleden persoonlijk aanwezig bij de officiële oprichting van de motorvereniging en is nog altijd lid.
‘En 70 jaar later hebben we een terrein van 17 hectare en organiseren we internationale wedstrijden’, vult Ap Enderink (71) aan. ‘Dat hadden we bij de oprichting echt nooit gedacht.’
Geestelijk vader Bertus Woessink
De motorsportvereniging voor motorcrossers en toerrijders, kent een mooie historie waar Jan en Ap smakelijk over kunnen vertellen. Geestelijk vader van de HAMAC is Bertus Woessink, een Harfsense fietsenmaker die na de Tweede Wereldoorlog als een van de weinigen een motor bezat en meedeed aan ‘motorrennen’. ‘Als Bertus in de buurt ging crossen, in stropdas en overhemd, dan kwamen de kinderen in de buurt kijken. Hij was echt een bezienswaardigheid, de lokale held.’ Als jongen van 17 hielp Jan Bertus vaak met sleutelen. ‘Echte crossmotors zoals nu had je toen nog niet. Veel van de eerste crossmotoren waren motoren uit bijvoorbeeld het Canadese leger die in Nederland waren gebleven.’ Samen met enkele andere motorliefhebbers was Bertus als initiatiefnemer aanwezig bij de officiele oprichting van vereniging HAMAC op 20 september 1952. Een eigen terrein was er nog niet. Er werd vooral gecrosst op zandwegen en weilanden. In 1958 kreeg de HAMAC voor het eerst een eigen plek. ‘Op de open plek waar we nu staan’ vertelt Jan. ‘De HAMAC huurde het terrein van de familie Brummelman en deelde het met de plaatselijke paardrijvereniging.’
Zelf baantouwen maken
In de jaren 60 werden de eerste wedstrijden georganiseerd in Harfsen. Jan, zelf toen ook actief als wedstrijdrijder: ‘De tijd was toen heel anders. We hadden als club eigenlijk helemaal geen geld en middelen. De gespannen touwen langs de baan vlochten we bijvoorbeeld zelf van oude stukken touw. Je moest het in die tijd gewoon doen met wat je had.’
Om toch inkomsten voor de club te genereren organiseerde de HAMAC een keer per jaar een motorcross. Samen met motorsportverenigingen in de buurt organiseerde ze ook de befaamde Oost-Gelderlandrit, een betrouwbaarheidsrit (ook wel bekend als modderrit) van maar liefst 200 kilometer. ‘Het organiseren van zulke activiteiten en het altijd zelf regelen van spullen en materieel, zorgde ook voor veel saamhorigheid. Na vele jaren konden we bijvoorbeeld een eigen trekker kopen voor het terreinonderhoud. Dat voelde als een mijlpaal omdat je het als club vrijwilligers helemaal zelf voor elkaar had gekregen.’
Positionering van de sport
Op de thuisbasis in Harfsen groeide de HAMAC langzaam mee met de ontwikkeling van de motorcross en endurosport in Nederland. Het dorp Harfsen sloot de vereniging in het hart, maar in de omgeving waren er ook partijen die minder blij waren met het motorgeronk dat uit het mooie bosgebied klonk. ‘We waren als vereniging daarom ook wel voorzichtig in wat we ondernamen. Toch wilden we als vereniging graag vooruit’, vertelt Ap, die in de jaren 80 voorzitter van de club was. Samen met het toenmalige bestuur speelde Ap een doorslaggevende rol in het creëren van een solide basis voor de club: een goede milieuvergunning en het verkrijgen van de juiste bestemming van het terrein. ‘We kozen ervoor om ons juist meer te gaan te presenteren naar de buitenwereld, te zorgen dat we in de krant kwamen, te zorgen dat we sponsors kregen. Op deze manier werden we een vereniging waar je als gemeente ook rekening mee moest houden. Daar gingen heel wat uren voorbereiding en overleg in zitten met gemeente en andere belanghebbenden, zoals de buurt en natuurorganisaties. Nog steeds vinden we een goede relatie met hen heel belangrijk.’
Broedplaats voor de motorsport
Een belangrijk moment was het in eigendom krijgen van het terrein van 17 hectare, wat door de jaren heen werd doorontwikkeld tot de crossbaan die er nu ligt. De HAMAC in Harfsen werd daarmee een echte broedplaats voor de motor- en endurosport in Oost-Nederland. ‘Wereldkampioen Pedro Tragter uit Epse had hier zijn thuisbasis’, vertelt Jan. Ook de zijspancrossers Marcel en Daniel Willemsen begonnen in Harfsen. Met hen reisde Jan in de jaren 90 als begeleider heel Europa door naar EK’s en WK’s.
De HAMAC wil graag goede faciliteiten blijven bieden voor de breedtesport en toerrijders en denkt ook aan de toekomst. De club plakt namelijk nog graag 70 jaar bij dit jubileum aan. ‘Ook de motorsport gaat steeds meer over op elektrische motoren. Een nieuwe ontwikkeling waar wij nu al op inspringen. We organiseerden al eens een damesklasse met elektrische motoren. Dat is zo stil dat je de rijders zelfs kan horen praten. Het geeft weer een heel andere dimensie.’ Ook bij de komende opstapdag voor de jeugd kiest HAMAC al bewust voor elektrische motoren (zie kader).
De kracht van vrijwilligers
Nog een hoogtepunt in de recente historie van de HAMAC is de organisatie van de Dutch Masters voor profs, die nu al enkele jaren is neergestreken in Harfsen. Een enorme organisatieklus voor een vereniging die nog altijd drijft op vrijwilligers.
Ap: ‘Onderling is er altijd een goede sfeer en we zijn er echt heel trots op dat we zo’n saamhorigheid binnen de vereniging hebben.’ Jan vult aan: ‘Ik heb gezien van hoe ver de vereniging door de jaren heen is gekomen, maar de gemoedelijkheid van toen hebben we altijd weten te behouden. Dat is denk ik de kracht van de HAMAC.’
Tekst: Ovii • Jorieke van Cappellen | Fotografie: Ovii • Britt Haarman